MIJN SCHOOLTIJD EN OPLEIDINGEN
Van de week vroeg ik op stories om input: ik had tijd om te schrijven, maar precies op dat moment echt núl inspiratie en er kwam geen cent uit mijn vingers. Na vier jaar heb ik zó veel dingen beschreven en besproken dat ik het soms lastig vind om goede onderwerpen te vinden om over te schrijven. Aan van die niks-stukjes heb ik nooit gedaan en wil ik ook niet gaan doen, dus dan is het gewoon roepen om hulp geblazen. Het is zo fijn om te horen wat jullie graag lezen; daar kan ik écht wat mee. Terzake: heel vaak gevraagd werd of ik misschien wat meer zou willen vertellen over wat ik heb gedaan aan school en opleidingen, en hoewel ik dat altijd wel benoemd heb, heb ik er nooit écht over geschreven. Als in welke richting op de middelbare school, hoe ik tot rechten en communicatie kwam, hoe ik erop terugkijk en hoe ik was op school. Vandaag doen we dat dus wel!
DE MIDDELBARE SCHOOL
Dé middelbare: oh wat vond ik dit destijds een ding. De grote school noemden we het geloof ik zelfs tot puntje bij paaltje kwam. Na de CITO-toets in groep acht kreeg ik een advies van mijn toenmalige leerkracht – Meester Wil, ik herinner me die man nog als de dag van gisteren. Ik weet trouwens dat het tegenwoordig vaak niet meer ‘meester’ is, maar destijds noemden wij alle mannen op school gewoon zo. Was geen ding. Afijn, de CITO in groep 8 dus. Retespannend vond ik dat, omdat ik wist dat er druk op zou liggen. En druk, lieve mensen, is iets waar ik als kind héél slecht op ging. Móéten presteren, wat er nou eenmaal bij hoort in het leven, was voor mij behoorlijk stressvol. Die toets, die uiteindelijk natuurlijk ook gewoon maar echt een momentopname is, bezorgde me dus van tevoren flink koppijn. Want wat nou als ik het niet deed zoals ik kon? Was nou als ik het ineens allemaal niet zou weten? Iedereen die ook een beetje faalangstig of perfectionistisch is gaat dit herkennen: dat spookte toen – ik was 11 – al door mijn hoofd. Bleek achteraf niet per se nodig, want met een score van 550 bracht ik het er prima vanaf. Het advies werd VWO, en daar konden we mee door: een school kiezen. Er waren destijds (ik woonde nog in Wilbertoord) drie scholen in de omgeving. Stevensbeek, Uden, allebei ongeveer 15 kilometer fietsen verderop, en Mill, op 5 kilometer fietsen. Dat was toch wel even een verschilletje. Kanttekening was alleen dat ik in Mill naar alle waarschijnlijkheid wel maar twee jaar zou kunnen blijven. Er zou een HAVO/VWO brugklas komen, en na twee jaar zouden ze kijken of er genoeg leerlingen waren om dat niveau te kunnen blijven aanbieden.
Nou dacht ik: ik vind het wel gezegend. Lekker dichtbij huis en na twee jaar zien we wel weer verder. Dat liep allemaal net even anders, want na één jaar bleek het al niet zinvol meer om die HAVO/VWO klas in stand te houden, en dus moest ik na die eerste door naar een andere school. Dat werd Uden. 15 kilometer fietsen, dus príma voor de conditie ook. Achteraf had ik deze keuze nooit zo gemaakt, want na de brugklas instromen in klassen waar iedereen elkaar al kent, in een dorp waar je niet vandaan komt, is zeg maar best een beetje kut. En dan druk ik me nog zacht uit. Ik had voor ik überhaupt begon de hoop dat we uiteindelijk met een paar mensen uit die brugklas in Mill door zouden gaan naar Uden, maar puntje bij paaltje mocht ondergetekende dus in haar uppie. Was niet leuk. Uiteindelijk ging het allemaal wel, vond ik m’n draai en toen Robin een jaar later ook naar Uden kwam was het helemaal weer oké. Hadden we in ieder geval altijd elkaar. Daarna verhuisden we overigens ook naar Uden, dus dat maakte het ook wel weer wat gemakkelijker.
Na drie jaar VWO moest er een profiel gekozen worden; volgens mij is dat nog steeds zo. Ik wilde eigenlijk voor Economie & Maatschappij gaan, maar aangezien daarbij wiskunde A verplicht was en ik echt een gigantische noob met wiskunde werd het Cultuur & Maatschappij, met exact dezelfde vakken als bij economie, alleen dan met wiskunde C in plaats van A. Ik geloof dat ik destijds dus wiskunde C, economie, M&O, geschiedenis, maatschappijleer, CKV, Nederlands, Engels, Frans, Duits, Spaans en lichamelijke opvoeding moest volgen. En ik heb er nog een poos een module Italiaans bij gedaan. Iets met een talenkind zullen we maar zeggen. Pretpakket, werd het altijd een beetje minachtend genoemd. Vond ik stom. Ik was nou eenmaal beter met woorden dan met algebraïsche vergelijkingen. Ik kijk eigenlijk wel met een prima gevoel terug op mijn middelbare schooltijd. Ik was geen populair kind, ik vond op school zijn ook niet per se fantastisch, maar ik kon wel heel goed met bijna alle docenten, deed weinig gekke dingen en hoefde niet heel veel te doen om goede punten te halen. Het ging me redelijk makkelijk af. Mijn eindexamens rondde ik af met bijna een 8 gemiddeld, dus op mijn 17e kreeg ik mijn diploma thuis. En toen konden we door.
VERVOLGOPLEIDING
Maar waarmee; dat is dan het volgende. Het leek me best tof om piloot te worden, maar als je de ballen bakt van wiskunde en natuur- en scheikunde wordt dat toch even een lastig verhaal. Nou had ik vroeger een vriend die rechten studeerde. In Groningen. Wat hij deed vond ik zó interessant dat ik dacht: dat wil ik ook. Rechtsgeleerdheid dus, dat zou het worden. En dan in Nijmegen op de Radboud Universiteit, zodat ik thuis kon blijven wonen en op en neer zou kunnen rijden. Ik weet dat heel veel mensen zich daar niets bij voor kunnen stellen, maar op kamers gaan zag ik echt niet zitten. Ik vond het thuis veel te fijn, en gezellig, en Nijmegen was prima te overbruggen. De eerste weken met de bus, ‘n uurtje enkel was dat, omdat ik mijn rijbewijs nog niet had, en al vrij snel dus met de auto. Logistiek allemaal prima te doen (kleine disclaimer omdat ik weet dat het nodig is: ik ben me ervan bewust dat niet iedereen een auto tot z’n beschikking heeft op zijn 18e. Ik kreeg op mijn verjaardag mijn eerste autootje en was dus wel in de positie om op en neer te gaan: ik weet dat dat een luxe is.) Alleen die opleiding dus. Meine Güte wat had ik me daar op verkeken. Er waren inderdaad dingen die ik best boeiend vond, maar ook dingen waar ik gewoon niet doorheen kwam. Vooral, eigenlijk. Taaie stof. Niet te harken, vond ik destijds. Toen we, inmiddels een half jaar in de studie, na de kerstdagen onderweg naar huis waren van wintersport en ik na zoveel honderd kilometer precies een paar bladzijdes was opgeschoten in mijn wettenbundel keek mama om, en vroeg ze of ik het eigenlijk wel naar mijn zin had op die opleiding. Dat moment herinner ik me als de dag van gisteren. Ik had er nooit iets van gezegd omdat ik niemand teleur wilde stellen en ik het een intense faalactie van mezelf vond dat ik me zo had vergist in of het al dan niet mijn ding zou zijn, maar ik kon niet anders dan toegeven dat ik verkeerd gekozen had. Puntentechnisch ging het best, maar ik vond het gewoon écht niet leuk en werd er behoorlijk ongelukkig van. En van het idee dat dat nog járen zou duren al helemaal. Pap en mam waren eigenlijk alleen maar mega supportive: ik mocht per direct stoppen, maar dan zou ik wel meteen moeten gaan werken – niks doen is bij ons redelijk uit den boze – en actief een andere opleiding zoeken.
En zo geschiedde. Bij thuiskomst stopte ik per direct met Rechten en ging ik fulltime bij het bedrijf van papa en zijn compagnon aan de slag. En dat bleek wél mijn ding te zijn. Na al die jaren school, toetsweken, tentamenweken, punten móeten halen, presteren op specifieke momenten, druk om op gezette tijden te laten zien wat ik kon, hoefde dat niet meer. Alsof er een gigantische last van mijn schouders viel. Ik kon mijn ding doen, vijf dagen in de week naar kantoor, was lekker bezig, leerde veel en ik verdiende geld. En dat vond ik héél fijn. Als ik zelf had mogen kiezen had ik misschien wel nooit meer naar school gegaan, maar van pap en mam moest ik toch echt nog een papiertje halen en om het VWO op je sloffen te doen en het daar vervolgens bij te laten vond ik ergens ook zonde. Die nieuwe opleiding werd uiteindelijk Communicatie. Daar had ik eerder al over getwijfeld en ik kwam vrij snel tot de conclusie dat dat tien keer beter bij me zou passen. Ik besloot er volle bak voor te gaan. Op het HBO, in Tilburg – ik was inmiddels met Koen, we woonden praktisch samen en hij studeerde ook in Tilburg, dus dat kwam wel lekker uit – en ik kon de opleiding in drie jaar doen, dus ik zou ook niet héél lang meer hoeven studeren. Het klinkt zo stom, maar ondanks dat ik echt wel wat in die bovenkamer heb en heel goed kon leren was school gewoon niet écht mijn ding. Het altijd allemaal maar extreem goed willen doen en niet tevreden zijn met net voldoende, wat ik overigens helemaal zelf deed, heb ik altijd als een behoorlijke last ervaren. Maargoed, het HBO dus. Dat ging top. Ook hier: heel fijne docenten. En een paar heel fijne klasgenoten waar ik het goed mee kon vinden, ik vond de vakken leuk en de opleiding heel goed te doen. Die erge druk was weg. Ik vond de betrekkelijke anonimiteit in Tilburg fijn. Niet alleen maar mensen uit je eigen dorp. Gewoon komen om je lessen te volgen en je punten te halen zonder toestanden er omheen. Best ontnuchterend. En ondertussen bleef ik er al die tijd bij werken. Meestal zo’n twintig uur. Veel lessen waren niet verplicht, dus als het niet móest was ik er niet en nam ik de stof thuis door. Omdat ik mijn punten haalde en er was als het moest kraaide daar geen haan naar. Ik liep mijn afstudeerstage bij Goossens in Erp terwijl ik onze bruiloft plande, verdedigde mijn scriptie toen we net getrouwd waren en toen ik mijn diploma op mocht halen zat er een minirijstkorrel in mijn buik die later Morris ging heten.
Terugkijkend realiseer ik me dat ik nooit een échte studententijd heb gekend. Ik wilde niet op kamers, en ook niet bij een studentenvereniging. Ik wilde mijn diploma halen, ondertussen lekker werken, voetballen, in het weekend twee dagen op stap, leuke dingen doen met vriendinnen en later met Koen. Ik wilde iets opbouwen. Door. Ik denk vooral omdat ik het mezelf altijd redelijk lastig had gemaakt op school. Ik ben heel blij dat ik mijn VWO en HBO keurig heb gehaald – en dus ook dat ik van pap en mam echt nog voor een diploma moest. Ik was op mijn 21e klaar met school en kon toen aan het werk. En dat heb ik gedaan. Toen ik mijn opleiding afrondde, na die afstudeerstage, ging ik aan de slag bij TwisTea, een heel leuk theemerkje – heb je misschien wel eens voorbij zien komen op mijn Insta – en later in het bedrijf van pap. En toen zette ik een bedrijf op met Robin, en daarna een zelf, en toen kwam het toch nog allemaal goed met ondergetekende.
Soms zeggen mensen wel eens dat het zonde is. Dat er veel meer in had gezeten. Maar dat vind ik eigenlijk heel gek, want het is precíes zo gegaan als ik graag wilde. Ik wilde heel graag jong een gezin, een fijn huis, de dingen op orde. Riep heel vroeg dat ik in de zaak wilde, en dat is al jaren zo. En door mijn blog en Instagram kan ik doen wat ik het liefste doe: schrijven. Ik zei het laatst ook al en ik voel me vaak een beetje verplicht om dit te vermelden omdat ik niemand voor het hoofd wil stoten, maar ik vind écht niet dat dit de norm zou moeten zijn. Sterker nog; ik ben me ervan bewust dat het juist een soort antinorm is op het moment. En dat is prima! Ik moedig studeren héél erg aan, maar ik ben ook blij dat ik het uiteindelijk heb gedaan op een manier die bij mij paste en dat ik altijd naar mijn gevoel heb geluisterd. Misschien scheelt het ook dat ik al wist wat ik wilde qua werk en dat daar geen specifieke opleidingseisen voor waren. Als je arts wilt worden moét je nou eenmaal heel lang studeren; dat is natuurlijk een ander verhaal. En zo geldt het voor nog veel meer banen. Als je weet dat je dat doet om een bepaald beroep te kunnen uitoefenen is de motivatie anders dan wanneer je weet dat je vooral graag nog een papiertje wilt. Om het papiertje. Neemt overigens niet weg dat ik mijn diploma Communicatie niet waardeer. Sterker nog; ik heb nog steeds heel veel aan hetgeen ik destijds geleerd heb. Alle boeken staan nog in de kast, worden met enige regelmaat geraadpleegd en juist met het werk wat ik nu doe komt die kennis goed van pas. Is het cirkeltje toch weer rond. Ik heb, inmiddels bijna tien jaar verder, niet het idee dat ik iets gemist heb. Zo voelt het gelukkig niet. Ik zat uiteindelijk nooit bij een vereniging, niet bij een dispuut, maar ik had wel een leuke groep vriendinnen waarmee ik iedere week minimaal twee keer in de kroeg hing. Dat heb ik echt niet overgeslagen. Ik ben alleen nooit terug gegaan naar de universiteit. Dat mag een ander zonde vinden, maar ik weet hoe ik me daar voelde en hoe ongelukkig ik werd van het systeem. Dan kan ik, al die jaren later, niet anders dan concluderen dat het de juiste keuze is geweest.
Oké, wat een lel van een artikel is dit geworden. Had ik blijkbaar meer te vertellen over die schooltijd van mij dan ik zelf dacht. Het is best een persoonlijk verhaal, maar het is wel een weergave van de werkelijkheid en van hoe ik het destijds ervaren heb. Sommige dingen passen bij je, en andere dingen niet. Zo’n lekkere cliché uitspraak voor op een tegeltje, zullen we maar zeggen.
Ik ben heel benieuwd wat jullie gestudeerd hebben!
Dankjewel voor het lezen en voor straks een heel fijn weekend!
Hi Michelle! Wat een leuk artikel en ook herkenbaar al heb ik niet zo de ballen gehad om keuzes te maken, dus dan maar door met die studie(s)! Ik ben na m’n HBO fiscaal recht doorgegaan naar de universiteit en juist die universiteit heeft mij blij gemaakt. Past zoveel beter bij mij dan het ‘schoolse HBO’. Vakken al een poos in the pocket en nu na de geboorte van mijn zoontje bezig met mijn scriptie, nog even een dan is het klaar!
Leuk om te lezen. Ik denk dat het belangrijk is dingen in het leven te doen waar je plezier in hebt en wat bij je past. Ongeacht welk niveau of wat de trend is. Ik heb mezelf voorgenomen achter mijn kids te staan, welke beslissing ze ook nemen op dat gebied. Natuurlijk is het fijn als ze na een vwo vooropleiding een studie vinden die bij hen past, maar als hun passie is om vuilnisman te worden of glazenwasser, dan zal ik daar achter staan!
Zit er ooit nog een boek in de planning? Ik vind dat je heel goed kunt kunt schrijven, onderhoudend, foutloos maar ook met een mooi vocabulaire.
Zelf rechten gestudeerd en advocaat maar ook nooit een echt studenten leven gehad. Woonde samen op mijn 18e (En hebben inmiddels 2 kinderen) en ging braaf met de trein op en neer. Heb het nooit gemist, het was gewoon niet mijn ding om in zo’n vereniging te zitten. En rechten is inderdaad taai, zeker de eerste jaren als er nog geen keuzevakken zijn. De praktijk is dan wel weer heel leuk en vergt ook behoorlijke communicatie vaardigheden.
Leuk om te lezen. het maakt mij niks uit wat mijn dochters later gaan doen, al hoop ik dat ze een vervolgopleiding willen doen en vooral dat ze hun eigen broek op kunnen houden. We leren ze dat het niet aan komt waaien en dat je moet werken voor je geld. Dusss.. dat was je vraag niet. Ik heb een bachelor HRM gedaan en een master bedrijfscommunicatie
Wat heb je dit weer mooi omschreven! Als ik eerlijk ben vind ik dat je wel een “studententijd” hebt gehad, want je hebt gedaan wat je leuk vindt en stond regelmatig in de kroeg met vriendinnen! Ik vind zelf dat je niet alleen maar een studententijd hebt gehad als je op kamers hebt gewoon of bij een vereniging zat, maar leven zoals jij dat op dat moment fijn vindt zonder de verplichtingen die je hebt als je ouder bent .
Ik heb zelf VMBO en MBO gedaan, daarna heb ik ruim een jaar gewerkt om te sparen voor mijn HBO studie omdat ik zo graag dat papiertje wilde. Ontslag genomen om vervolgens fulltime HBO Officemanagement te doen terwijl ik samenwoonde met mijn vriend. Inmiddels ben ik 29, zijn wij bijna 10 jaar samen en hebben wij twee prachtige kinderen (5 & 2,5). Ik ben blij met hoe het gegaan is en heb genoten van het stappen tijdens mijn opleidingen. Ik heb in tegenstelling tot wat mijn omgeving soms denkt, niet het gevoel dat ik wat gemist heb door het samenwonen en de wens om jong moeder te worden.
Mooi geschreven. Bij jou wel fijn dat er een plek is bij het bedrijf van je vader. Zo ook voor je broer en Koen. Ik heb mavo en daarna meao gedaan. Vervolgens gaan werken en was ik 1 januari jl 25 jaar in dienst bij de Rechtbank te Den Bosch. En ga nog steeds elke dag met plezier naar mijn werk. Dat is heel belangrijk. Ga doen waar je je prettig bij voelt. Zeg ik nu ook tegen mijn kinderen.
Leuk om te lezen!! En wat fijn dat alles uiteindelijk zo mooi op z’n plek komt zelf heb ik ook niet de standaard studententijd gehad en ik ken eigenlijk niet veel mensen die het zoals ik gedaan hebben haha. Maar op kamers gaan was gewoon niets voor mij en een studentenvereniging ook niet. Mijn inmiddels man leerde ik al kennen toen ik 16 was, dus toen we 20/21 waren, waren we echt toe aan samenwonen al en toen studeerden we allebei dus nog! Ik heb zelf nooit het gevoel dat ik iets gemis heb, die vraag krijg ik weleens. Ik ben juist heel trots op alles wat we samen hebben opgebouwd en meegemaakt!
Wow, wat een verhaal! En.. alsof ik mijn eigen verhaal lees! Ook geen “echte” studententijd, wel het koppie maar geen schoolganger, en ook vrij jong gesetteld. Sterker nog: ook ik verdedigde mijn scriptie toen ik 9 weken zwanger was en nam mijn diploma in ontvangst toen ik 18 weken ver was! Ook getrouwd, anderhalve week na het inleveren van mijn scriptie. En om het nog completer te maken: 23 januari is onze zoon Morris geboren. Hoe mooi! Ik vind je een mooi mens, en je schrijft net zo mooi! Ga zo door.
Heel toevallig.. rechten aan de Radboud universiteit haha. Hadden we elkaar zomaar tegen kunnen komen.
Wat fijn dat je toch hebt gevonden wat bij je past!
Overigens kochten wij ons huis en trouwde we terwijl ik mijn bachelor afronde, schreef ik mijn masterscriptie zwanger en verdedigde ik hem met onze dochter van twee maanden in het publiek 🙂
Meer gelijkenissen dus!
Mooi om te lezen! Nog altijd bewondering voor het feit dat je je eigen pad kiest in plaats van die van het maatschappelijke plaatje. Ik ben 21 en Ik heb 2,5 jaar geleden mijn MBO jeugdzorg gehaald en woon samen met mijn vriend waarmee ik tijdens datzelfde MBO 3 jaar bij in de klas heb gezeten. Hij aan het werk en ik nu HBO social work. Ik hoop over 1,5 jaar klaar te zijn. Ik hoop dat ik dan mijn visie en passie terug kan vinden in een mooie baan & dan de vervolg stappen in onze relatie.
Hoi Michelle,
Heel mooi geschreven! Best herkenbaar, ik heb het Atheneum (met flinke dosis faalangst) op mijn sloffen gehaald met de bètavakken. 11 jaar lang riep ik dat ik arts wilde worden, als klein meisje al. Maar Engels was zo slecht en toen ik voor proefstuderen op de uni kwam en het in het Engels was , klapte ik volledig dicht en gooide ik die ambitie direct overboord.
Het werd ook een HBO studie, de HALO tot docent LO. Ik werd voor gek verklaard, met mijn niveau een praktische opleiding volgen, maar ik heb er een gave tijd gehad ! Een paar jaar voor de klas gestaan en ook op mijn 23e moeder geworden. Ik had toen ook een vaste baan bij de gemeentelijke overheid en tóch begon het 3 jaar geleden te kriebelen van ambitie. En ineens kwam er héél veel spijt naar boven voor het niet achterna gaan van mijn dromen. Mijn dochtertje is ernstig ziek en ik kom wekelijks in het ziekenhuis en die omgeving inspireert mij zo en de “klap” kwam hard aan dat ik mijn droom niet achterna ben gegaan. Ik ben inmiddels binnen de overheid flink gegroeid en ik krijg mooie kansen en opleidingen , maar de medische wereld zal nooit uit mijn hart en hoofd gaan. Al is geneeskunde geen studie die je er nu, met een jong gezin, bij doet, wie weet mag ik ooit in een andere functie in een ziekenhuis werken.
Ik vind het super dat je je hart volgt! Want die klopt altijd
Mooi om te lezen hoe je je eigen keuzes hebt gemaakt, je eigen keuzes maken je een gelukkig mens, niet de keuzes die van je omgeving zouden “moeten”.
Ik ben na het VWO in Breda naar Groningen gegaan om te studeren, dit beviel totaal niet en in combinatie met persoonlijke problemen ben ik na 4 maanden terug naar huis gegaan en heb ik de rest van het jaar gewerkt. Daarna naar Rotterdam voor Business Administration, op kamers en bij een studentenvereniging. Een combinatie die veel beter bij mij paste. Heb een geweldige tijd gehad en ben dankbaar voor de paar hechte vriendschappen die ik daaraan over gehouden heb. Maar nog dankbaarder ben ik voor de vriendinnetjes die er al waren voor deze tijd en die ondanks mijn problemen gebleven zijn en er nog steeds zijn. Nu sinds een paar jaar gelukkig in Den Haag met mijn vriend en 2 mooie dochters en werk inmiddels al 8 jaar in de haven van Rotterdam. Totaal anders dan anderen in mijn omgeving maar een industrie waar ik me perfect op mijn plek voel!
Wat leuk om te lezen. Hier na het VWO geen idee wat ik wilde studeren. Meerdere studies geprobeerd maar het was het allemaal niet. Toen maar gaan werken, omdat ik het huis uit wilde. Dat ik geen vervolgopleiding had gedaan bleef echter toch knagen…iets met een slimme meid is op haar toekomst voorbereid. Dat was ik voor mijn gevoel dus nog steeds niet. Nu ruim 40 en in mij tweede jaar van de lerarenopleiding Engels en het gaat goed. Eindelijk op mijn plek. Het gaat mij eigenlijk niet zozeer om het papiertje maar ben zo blij dat ik weet waar ik blij van wordt en daar mijn beroep van kan maken. #nooitteoudomteleren
Mooi geschreven! Leuk om te lezen hoe je je eigen pad hebt bewandeld.
Ik ben 19 jaar en sinds een half jaar werkzaam in de kinderopvang. MBO niveau 4 afgerond en momenteel niet de behoefte om verder te studeren. Hoor dagelijks dat men dit zonde vindt en die gedachte snap ik deels wel maar ik word hier momenteel gelukkig van en vind mijn werk erg leuk… Ik trek me hier dan ook niet zoveel van aan en doe lekker mijn ding 🙂
Leuk om te lezen! Ik herken zo mega veel! Ook in je andere blog, de volgende op je stories ;). Ik ben na het VWO direct doorgegaan met de PABO. Twijfelde heel erg over universiteit, maar wilde gewoon heel graag voor de klas. Na de PABO gelijk een baan en al die tijd druk met werken, leren en gewoon thuis zijn. Laatste jaren best veel geleerd over mezelf bij psycholoog. Sociale kring wordt steeds groter, wat ik zo leuk vind! En inmiddels volg ik een master, dus het leren toch weer opgepakt 🙂
Echt leuk om je te volgen en je blogs te lezen. Definately schrijftalent! 😉